Overeenkomstig het in artikel 5, lid 3, van het Verdrag betreffende de Europese Unie neergelegde subsidiariteitsbeginsel mag slechts op het niveau van de Unie worden opgetreden wanneer de doelstellingen van het overwogen optreden niet voldoende door de lidstaten alleen kunnen worden verwezenlijkt, maar vanwege de omvang of de gevolgen van het overwogen optreden beter door de Unie kunnen worden bereikt.
De btw-regels voor de grensoverschrijdende handel binnen de Unie kunnen, naar hun aard, niet door de individuele lidstaten worden bepaald omdat er per definitie bedrijven uit meer dan één lidstaat bij betrokken zijn. Bovendien is de btw een belasting die op het niveau van de Unie is geharmoniseerd, en daarom vereist elk initiatief om een definitief btw-stelsel voor grensoverschrijdende leveringen van goederen in te voeren, een voorstel van de Commissie tot wijziging van de btw-richtlijn (12) .